Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon gaf in zijn antwoord op mijn vraag aan dat het bestaan van Erasmus+ een belangrijke rol gespeeld heeft heeft met name op het vlak van contact met moedertaalsprekers. De vrijstelling van inschrijvingsgeld en erkenning van studieperioden vergemakkelijkten sterk de mogelijkheden voor Britse neerlandistiek studenten om een buitenlandse stage in Vlaanderen of Nederland te lopen en ook vice versa. “Het wegvallen van Erasmus+ houdt niet in dat elke mogelijkheid tot studentenmobiliteit in de toekomst vervalt. Via bilaterale akkoorden kunnen universiteiten interuniversitaire uitwisseling verder bevorderen. De Vlaamse overheid faciliteert mee de totstandkoming van dergelijke interuniversitaire akkoorden.”
Daarnaast verwijst de minister in zijn antwoord naar het bestaande aanbod aan noodhulpfinanciering van de Nederlandse Taalunie waarop de afdelingen in UK eveneens een beroep kunnen doen om de gevolgen van de brexit op te vangen in afwachting van nieuwe afspraken over academische uitwisseling tussen VK en Lage Landen.
De Nederlandse Taalunie heeft ook nog een concreet voorstel uitgewerkt om de vakgroepen Nederlands in het buitenland met een eenmalige impuls te versterken. Van Vlaanderen wordt voor o.m. een participatietraject, impulsdocent ‘de reizende en virtuele docent’, onderzoek onder de noemer “voortvarend Nederlands” een eenmalige extra financiële inspanning gevraagd van 200.000 euro. Minister Jambon zal dit voorstel met veel welwillendheid bekijken.